Gaat jouw kind binnenkort naar groep 3? Dan wil het vast ‘zelluf’ gaan lezen. Veel ouders vinden het lastig om een passend boek te kiezen voor hun kind. Logisch, want je wilt dat je kind lezen leuk gaat én blijft vinden. Daarom moet een boek voor beginnende lezers precies goed zijn. Als ouder (en kind) sta je meestal niet stil hoeveel energie, deskundigheid en inspanning het een schrijver, illustrator en uitgever kost om een boek voor groep 3 te maken. Dat hoeft ook niet, want zo’n boek moet gewoon heel leuk zijn om te lezen! Maar voor wie mee wil weten, geef ik wat achtergrondinformatie en tips ...

Het juiste niveau
De meeste ouders weten wel dat de leesvaardigheid van een kind uitgedrukt wordt in het AVI-niveau. Onbekender is dat dit niveau de technische leesvaardigheid meet. Simpel gezegd geeft het AVI-niveau weer welke woorden en ‘leesmoelijkheden’ een lezer al beheerst. Het zegt dus niets over de inhoud van de tekst en of je kind die inhoud ook begrijpt.
Bij de start in groep 3 kunnen de meeste kinderen nog geen klankonzuivere woorden lezen, zoals het woord ‘het’ in de titel. In spreektaal zullen we vaak ‘ut’ zeggen, maar een beginnende lezer zal keurig ‘het’ lezen. Als Brabantse zeg ik ‘zelluf’  (en ‘melluk’). Ik keek dus vreemd op toen mijn kinderen keurig ‘zelf’ lazen in groep 3. Een ander klankonzuiver woord is ‘bed’. In de eerste maanden van groep 3 zal je kind dit woord niet goed kunnen lezen, omdat hij of zij een d ziet staan en die leest als ‘du’.  Maak je dan niet ongerust, dat is heel normaal. Goede boeken voor beginnende lezers vermijden deze ‘leesuitdagingen’,  zodat je kind gemakkelijk en fijn kan lezen. Besef dat elk kind in zijn eigen tempo leert lezen. Je kunt als ouder je kind helpten door het lezen positief te stimuleren en het vooral leuk te houden.

Trainen om te kunnen scoren
Oefening baart kunst: dat geldt zeker voor leren lezen. Mijn zoon had in de eerste maanden van groep 3 helemaal geen zin om te gaan lezen. Hij had wél de droom om profvoetballer te worden. Dus oefende hij elke dag in de tuin met een bal. Dat was voor mij een mooi aanknopingspunt. Toen ik hem uitlegde dat je pas een goede lezer wordt als je elke dag traint, begreep hij dat wel. Maar hij vond het aanvankelijk niet leuk om ‘leeskilometers’ te gaan maken. Daarom maakten we samen duidelijke afspraken over hoe, wanneer en hoe lang we dagelijks zouden lezen. Mijn tips deel ik graag met je:

  • Blijf je kind voorlezen. Daarmee straal je uit dat lezen leuk en fijn is.
  • Kies een vast (en rustig!) moment om elke dag samen te lezen, bijvoorbeeld na het eten of voor het slapen gaan.
  • Een kwartiertje per dag lezen is prima. Is dat voor je kind een opgave? Zet dan een wekkertje dat na een kwartier ‘alarm’ slaat. Nog een idee: samen met mijn zoon maakte ik een ‘kilometer-meter’. Voor elke leeskilometer (15 minuten) mocht hij een vakje kleuren. De hele meter vol? Dan mocht hij zelf een tijdschrift kopen zonder op het AVI te letten.  Lekker plaatjes kijken in een autotijdschrift vond hij geweldig!
  • Thuis lezen moet leuk zijn en blijven. Zorg dus voor een ontspannen sfeer en corrigeer niet elke ‘fout’. Zeg ook niet meteen alles voor, maar help alleen als het nodig is. Geef je kind de ruimte om fouten te mogen maken. Hij of zij is immers aan het leren lezen!
  • Geef complimenten als je kind het goed doet (en niet alleen als het goed leest!).
  • Heeft je kind een keer echt geen zin? Draai dan de rollen om. Jij ‘leert’ lezen en je kind helpt je als je het (met opzet) fout doet. Daarmee traint hij of zij op een andere manier zijn leesvaardigheid.
  • Praat samen na over wat je kind gelezen heeft. Hoe zou het verhaal verder gaan? Vind je kind het verhaal of boek leuk? Waarom wel of niet?
  • Kies niet voor maar met je kind een boek uit. Houd wel rekening met het AVI-niveau. Een te hoog niveau is vaak te moeilijk en daardoor niet leuk om te lezen. Een te laag niveau bestaat naar mijn mening niet. Je kind mag best eens een keer een boek op een lager AVI lezen.

Kies een leuk boek!
Er is een enorme keuze in goede, leuke boeken voor beginnende lezers. Kijk niet alleen naar het AVI-niveau maar ook naar de inhoud. Begrijpt je kind wat er staat? Spreekt het onderwerp hem of haar aan? Leest het liever korte verhalen of juist een langer verhaal? En van welk genre houdt je kind (zoals strips, sprookjes, informatieboeken, dierenverhalen …) Stuk voor stuk belangrijke factoren om je kind met plezier te laten lezen.
Toch zijn met name jongens minder makkelijk aan het lezen te krijgen. Dat vergt soms enig zoekwerk van jou als ouder. Mijn zoon kreeg de smaak van het lezen te pakken door de strips voor beginnende lezers van Uitgeverij Zwijsen. Deze uitgeverij heeft een scala aan boeken voor groep 3. Er zit echt voor elk wat wils bij. Mijn zoon had in groep 3 (en heeft nu nog steeds) een voorkeur voor informatieve boeken. Helaas was dat aanbod op beginnend AVI-niveau tien jaar geleden beperkt. Daarom ben ik heel blij en trots dat ik als redacteur mocht meewerken aan  de gloednieuwe lees & weet-serie van Zwijsen. Deze acht informatieve boeken lopen op in moelijkheidsgraad, zodat je kind het hele schooljaar vooruit kan met een interessant boek.  Waar je ook voor kiest, ik wens je kind en jou veel leesplezier!

NB: Wil je meer lezen over hoe je kind goed kan leren lezen?
Leesexpert Marion van der Meulen vertelt je er meer over.

Hubertine van den Biggelaar is redacteur voor kinderboeken, gespecialiseerd in lage avi- niveaus. Daarnaast schrijft ze teksten voor kinderen én volwassenen.